De Partij van de Arbeid heeft tegen de kandidatuur van de Poolse oud-premier Beata Szydło gestemd als voorzitter van de commissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid (EMPL) in het Europees Parlement. Deze commissie is verantwoordelijk voor alle wetgeving die over werknemersrechten, sociale zekerheid of bijvoorbeeld ouderschapsverlof. De voorzitter van de commissie zou dan ook zo progressief mogelijk moeten zijn.
De Conservatieve groep in het Europees Parlement (ECR) heeft pogingen gedaan om Szydło, van de Poolse PiS partij, verkozen te krijgen. Met een ruime meerderheid is haar kandidatuur tot twee keer toe verworpen. Szydło heeft er als premier van Polen alles aan gedaan om de Europese Pijler van Sociale Rechten – sociale standaarden waar Europese lidstaten naartoe moeten werken – te verhinderen. Ook heeft Polen onder haar leiding een procedure gestart om gelijk loon voor gelijk werk voor alle werknemers in de detacheringsrichtlijn te voorkomen. Uit haar daden spreekt dat zij sociale rechten absoluut niet hoog heeft zitten.
Daar komt nog bij dat er tegen de regering waar zij de premier van was een artikel-7 procedure is gestart door de Europese Commissie, voor het ondermijnen van de Poolse rechtsstaat. Szydło heeft dus een reputatie op conservatief sociaal beleid en op het uithollen van fundamentele democratische waarden. Dit maakt haar voor de PvdA tot een onacceptabele voorzitter van de EMPL commissie. In overleg met andere leden van deze commissie zal de PvdA proberen om een zo progressief mogelijke voorzitter verkozen te krijgen, die zich wel hard zal maken voor sociale vooruitgang.