Het Europees Parlement eist dat Bangladesh de internationale inspectie – die de omstandigheden in Bengalese kledingfabrieken inspecteert – niet de toegang wordt ontzegd. Eind deze maand zijn buitenlandse inspecteurs van naaiateliers niet langer welkom in Bangladesh. Europarlementariër Agnes Jongerius waarschuwt de Bengalese regering dat het Europees Parlement er niet voor terugdeinst de handelsakkoorden tussen Europa en het Aziatische land te heroverwegen als de inspectie het land wordt uitgezet. De EU is de belangrijkste handelspartner van Bangladesh
Agnes Jongerius: “De regering van Bangladesh speelt met de handelsvoordelen als het zich niet houdt aan de afspraken met de Europese Unie. Het kan namelijk niet zo zijn dat Bangladesh achteroverleunend toeziet hoe de veiligheid van werknemers in gevaar is.”
Het Bangladesh Akkoord, de inspectie die fabrieken inspecteert op veiligheid voor tientallen Europese kledingmerken en vakbonden, moet op last van een politiek gemotiveerde rechterlijke uitspraak haar werkzaamheden staken. Hierdoor staat de veiligheid van tienduizenden werknemers op het spel. De internationale inspectie is in het leven geroepen na de ramp met Rana-plaza – waarbij meer dan 1100 arbeiders om het leven kwamen door het instorten van de fabriek.
Onder leiding van PvdA Europarlementariër Agnes Jongerius is er door zeven fracties in het Europees Parlement een resolutie ingediend die de regering van Bangladesh dringend verzoekt om de inspecties voor te zetten. Ook wordt het land opgeroepen werk te maken van de vakbondsvrijheid. De resolutie is met een grote meerderheid van stemmen aangenomen.