Nederland lijkt als lid van de VN-veiligheidsraad bang om positie te kiezen. De agenda van de grootmachten wordt gevolgd, van het neerzetten van een eigen agenda lijkt geen sprake. Een valse start, vind ik. Het kabinet moet in actie durven komen.
In New York, in een imposante zaal met een muurschildering van de Noorse schilder Krogh die het kwaad verbeeldt dat we achter ons laten, komt de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties bijeen. Elke crisis, en dat zijn er verdrietig genoeg veel, wordt er besproken. En dit jaar schuift ons Koninkrijk daar bij aan. Dat is een eer en een verantwoordelijkheid.
Nederland zou het voortouw moeten nemen op de agenda waarin ook de bescherming van vrouwen tegen seksueel geweld voorop staat.
Nederland kan daar verschil te maken. Door ons in te zetten op terreinen waar ons land bewezen goed in is. We zijn gewend om coalities te bouwen met vriend en vijand. Onze diplomaten kunnen dat als de beste. Tot zover geen vuiltje aan de lucht. En toch maakt Nederland een valse start – ik leg uit waarom.
Een van de grootste drama’s van onze tijd is het seksueel geweld dat vrouwen overkomt in conflicten en oorlogen. De voorbeelden zijn talrijk. Verkrachting als oorlogswapen is ingezet in Bosnië, in Congo, in Myanmar en door IS in Irak en Syrië. Onlangs was ik in Bangladesh bij de Rohingya’s die uit Myanmar gevlucht zijn voor het geweld. De verhalen die zij vertellen zijn gruwelijk – vrouwen en meisjes zijn verkracht. Niet door één soldaat maar door tien. Dagenlang, tot ze voor dood werden achtergelaten of de kans zagen te vluchten. Ze voelen zich onteerd en zijn getekend voor het leven.
Daders van seksueel geweld tegen vrouwen blijven vaak onbestraft. Antonio Guterres, Secretaris Generaal van de VN riep de leden van de Veiligheidsraad daarom op om een wereldwijd sanctieregime te ontwerpen dat deze misdaden bestraft. Doorgaans worden sanctieregimes opgelegd aan landen, zoals aan Noord Korea of aan Iran. Er worden dan bijvoorbeeld financiële tegoeden bevroren, andere landen mogen geen handel meer drijven en strafvervolging wordt ingezet. Seksueel geweld tegen vrouwen houdt zich niet aan landsgrenzen, en daarom is het belangrijk om wereldwijde grensoverschrijdende sancties op te kunnen leggen aan hen die deze misdaden begaan. De getuigenissen van de Yezidimeisjes en de Rohingya vrouwen kunnen dan gebruikt worden om de schuldigen te straffen.
We zijn gewend om coalities te bouwen met vriend en vijand.
Dit is nu bij uitstek een thema waar Nederland een cruciale rol kan spelen in de Veiligheidsraad. Daarom heb ik minister Zijlstra opgeroepen om het voortouw te nemen bij het ontwerpen van zo’n wereldwijd sanctieregime.
Maar minister Zijlstra weigert op dat verzoek in te gaan. Hij liet weten dat: ‘de ervaring is dat in de Veiligheidsraad substantiële weerstand bestaat tegen het instellen van dergelijke wereldwijde thematische sanctieregimes, ook omdat die moeilijk handhaafbaar zijn’. Door dit antwoord maak ik mij ernstig zorgen. Laat Nederland zich nu door ‘substantiële weerstand’ weerhouden om belangrijke onderwerpen aan de orde te stellen?
We staan namelijk juist bekend als een land dat lastige gesprekken niet uit de weg gaat. Neem nu de mensenrechtenschendingen tijdens de oorlog in Jemen. Nederland nam het voortouw en andere landen volgden. En met resultaat: er vindt onderzoek plaats naar de vreselijke gebeurtenissen in Jemen. Of neem de totstandkoming van een nieuw kernwapenverdrag. Nederland onderhandelde als enige NAVO-land mee met dat kernwapenverdrag, ondanks kritiek van NAVO-partners.
Dus minister Zijlstra, laat deze unieke kans met de zware verantwoordelijkheid van onze plek in de Veiligheidsraad niet liggen.
Mijn punt is duidelijk. Substantiële weerstand zullen we altijd ondervinden. En zeker in de VN-veiligheidsraad waar elk land zo zijn eigen belangen heeft en gevoelige besluiten op een veto kunnen rekenen. Maar dat mag ons er nooit van weerhouden een eigen agenda neer te leggen. Het jaar is nog jong, de valse start is in te lopen, we kunnen nog het verschil maken. Dus minister Zijlstra, reageer niet alleen op wat zich aandient maar zet een eigen agenda neer. Een agenda waarin ook de bescherming van vrouwen tegen seksueel geweld voorop staat. Laat deze unieke kans met de zware verantwoordelijkheid van onze plek in de Veiligheidsraad niet liggen.